Het vakantiegeld van de arbeiders dat hun via de vakantiecheque uitbetaald wordt, bedraagt 15,38% van het brutojaarloon van het vakantiedienstjaar aan 108% (Het brutojaarloon wordt in voorkomend geval vermeerderd met een fictief loon voor gelijkgestelde dagen). Dit percentage komt overeen met twee maal 4 weken loon (enkel en dubbel vakantiegeld).
Formule:
8 weken vakantiegeld x 100 = 15,38% van het brutojaarloon
48,15 108
Een jaar is immers gelijk aan 52,15 weken, waarvan er 4 niet gepresteerd en niet betaald worden, omdat de arbeider vakantie heeft. Hij realiseert zijn brutojaarloon dus op 48,15 weken
Voorbeeld: een arbeider werkt sinds 1 augustus 2024 voltijds in de onderneming. Hij verdient 12 euro per uur en werkt 38 uur per week. Hoeveel bedraagt zijn vakantiegeld in 2025?
(456 x 48,15) x 108% = 23.712,91 euro brutojaarloon
23.712,91 x 15,38% x 5/12 = 1.519,60 euro vakantiegeld
Financiering
Het vakantiegeld van de arbeiders wordt gefinancierd door werkgeversbijdragen op het brutoloon van de arbeider aan 108%.
Sinds 1 januari 2018 bedragen deze werkgeversbijdragen 15,84%, opgesplitst in een trimestriƫle bijdrage van 5,57% en een jaarlijkse bijdrage van 10,27%. De jaarlijkse bijdrage wordt rechtstreeks opgestuurd door de RSZ naar de werkgever en heet 'debetbericht jaarlijkse vakantie'.
Was dit artikel nuttig?
Dat is fantastisch!
Hartelijk dank voor uw beoordeling
Sorry dat we u niet konden helpen
Hartelijk dank voor uw beoordeling
Feedback verzonden
We stellen uw moeite op prijs en zullen proberen het artikel te verbeteren